Ik ben verhuisd. Nee, niet weer terug naar Nederland, maar binnen Berlijn. Van de weggemoffelde, groene (beetje schmutzige) studentencampus (waar ik het overigens best fijn naar mijn zin had) achterin Charlottenburg naar de bewoonde wereld in Moabit.
De afsluiter
Het was een rare week. Dinsdag vertrokken twee van mijn favoriete huisgenootjes en dat voelde gek. Ik vond het heel gezellig met de meiden in Eichkamp, maar toen zij ’s ochtends vroeg vertrokken was het niet meer hetzelfde. Ik kwam dinsdagavond thuis in een ongekende stilte (er waren nog maar 2 andere meiden over) en dat was gek. Wat het geheel nog wat stommer maakte was dat we geen internet meer hadden op onze laptops. Het contract stond op naam van één van mijn huisgenootjes en zij had alle toebehoren meegenomen… Sinds dinsdagavond ‘viel er dus ineens nog iets weg’. Dan besef je je ineens hoe een achterlijk ‘belangrijke’ rol het Internet in je leven speelt. Waar een normaal mens er een lekker boek bij zou pakken, kwam dit niet eens in me op. Een boek lezen ’s avonds, heh? Nee joh, ’s avonds eet ik, lees ik blogs, doe ik een rondje social networking en kijk ik een serie via Plex (de fabuleuze server van een vriend van me in Nederland). Dit alles geschiedt immer inclusief snurkende mops op mijn schoot.
En nu ik dit niet meer had, voelde het een beetje leeg (ja ik besef me hoe triest dit klinkt). Gelukkig had mijn gsm een beetje bereik waardoor ik niet geheel afgesloten was van de buitenwereld ;). Maar goed, ik heb de afwezigheid gecompenseerd met veel slechte muziek, extra uurtjes op kantoor blijven en mijn kamer opruimen. Ik was dus ook van plan om het inpakgehannes te verdelen over een aantal avonden zodat ik de avond voor de verhuizing (vrijdagavond) vrij had en me zaterdagochtend niet hoefde te haasten. Natuurlijk loopt zo’n planning altijd weer anders en moest op vrijdagavond alles gebeuren. Eigenlijk te laat huis, Luci die naar buitenlucht snakte, ik moest nog koken en als klap op de vuurpijl een gestrest huisgenootje. Of ik met haar wilde eten, want ze voelde zich zo verschrikkelijk naar, haar plannen liepen mis en ze verkeerde in algehele malaise. Eigenlijk wilde ik gewoon met mijn bordje eten in bed gaan liggen en even helemaal niks. Maar ik gun het niemand om zich gestrest en alleen op de wereld te voelen, dus zo geschiedde. Daarna ben ik gaan inpakken en ook al zit ik hier pas anderhalve maand, ik heb best veel spullen. Behalve mijn twee trolleys, 2 handtassen, slaapspul en Luci (waarmee ik hier gekomen ben), stuurde G me nog een doos, heb ik wat gewinkeld en had ik nog wat spulletjes verzameld. Maar dat moest goed komen, er kwamen nog 3 mensen helpen dus we zouden het wel meekrijgen. Ik ging dan ook aardig relaxed slapen.
Last minute-stress
Maar zaterdagochtend werd ik iets nerveuzer wakker. Je wilt toch voor je gevoel wat uitslapen op de zaterdag. Je hoeft niet te werken, kan ein-de-lijk even blijven liggen, maar er was wel werk aan de winkel. Om 8.30 uur barstte de conversatie al los op WhatsApp, of ik alles bij elkaar had gepakt en niets in plastic tassen moest stoppen, want dat draagt niet fijn ;). Nee, dat weet ik – ik haat plastic zakken en vooral van die mensonterend lelijke die je hier overal krijgt. Daarom sleep ik mijn Fred-canvasje bijna altijd mee in de tas – dan hoef ik nooit met zo’n prachtige plasticerd rond te lopen. Hoe het ook zij; ik moest nog ontbijten, mijn etenswaren uit de koelkast halen, de laatste frutjes ergens inpakken, stofzuigen, dweilen en naar de S-Bahn om lieverds Emma en Antoine de weg naar de campus te wijzen. Kortom: het werd op een gegeven moment allemaal wat krapjes.
Maar het is gelukt. Hoewel praktisch niet bepaald mijn middle name is, schoten Emma en Antoine te hulp met een extra sporttas en een reuze backpack. Hops, al het losse spul erin – mijn witte Fred verdween in Antoine’s grote backpack en mijn dierbare Shabbies werden vakkundig in Emma’s sporttas gepropt… -….- het was niet het goede moment om voor te lezen uit de modebijbel ;). En het positieve is: alles heeft het overleefd. En wij ook. Luci trouwens ook. Gedrieën togen we bepakt en bezakt weg van Eichkamp (waar ik even emotioneel werd) richting S-Bahn. S-Bahn in, eruit bij Hbf – even wachten – bus in richting Moabit en nog een stukje lopen. Bij mijn nieuwe huis aangekomen was ik een minor detail vergeten: ehm ja, mijn kamer bevindt zich op 4h. Ineens voelde ik me schuldig dat ze nu ook nog met alles naar boven moesten, maar het ging vlekkeloos.
Dus toen
Nieuwe kamer. Nieuwe omgeving. Nieuwe S-Bahn. Nieuwe U-Bahn. Nieuwe supermarkten. Nieuwe straat. Nieuwe huisgenoot. Kortom: nieuwe alles. Nadat we hier thuis bijgekomen waren van het gesjouw liepen we een rondje door ‘de nieuwe buurt’. Mijn nieuwe huisgenoot woont hier al een tijdje en wees ons de leukste plekken. We dronken koffie bij een superfijn zaakje en daarna togen Emma en Antoine richting stad. Ik voelde me even vreemd dat ik ‘achterbleef’, maar het was al snel prima. Totdat ik in mijn nieuwe kamer stond en van gekkigheid niet wist waar ik moest beginnen. Uitpakken, schuiven. Ik wilde alles opruimen, maar wist niet zo goed hoe ik het wilde indelen. Ik voelde me een beetje ontheemd en besefte me nogmaals dat ik blij ben met een huisgenootje waarmee ik koffie/bier/wijn kan drinken, die wat te vertellen heeft en met wie ik gisteravond bij de Marokkaan heb gegeten. Leuk, spontaan eruit. Wegkwijnerij in een nieuwe omgeving? Dat hoeft niet, dat doe je zelf. Zo, die komt binnen.
Natuurlijk is het vreemd. Anderhalve maand geleden kwam ik naar Berlijn met niks en moet je nu eens kijken. Ik lach mijn kamer, werk en staat van zijn maar weg als ‘ach ik heb gewoon geluk’, maar dat klopt niet. Ik heb het zelf gedaan, niemand heeft me iets op een presenteerblaadje gegeven hier. De meest depressieve, maar tegelijkertijd positieve en goede gedachte van deze zondag: uiteindelijk sta je er alleen voor in het leven. Ik moet mezelf kunnen redden en dat doe ik ook (zo goed en kwaad als het kan). Dat ik hier een paar fantastisch fijne mensen om me heen heb, zie ik als een heel groot cadeau. Dat mijn ‘collega’s’ zonder mokken (althans, niet dat ik heb meegekregen ;)) op zaterdagochtend bij mij voor de deur staan om me te helpen met verhuizen zie ik absoluut niet als vanzelfsprekend. Em en Antoine: ik vind het fantastisch dat jullie zo lief hebben geholpen en ben jullie enorm dankbaar.
Morgen dus vanaf mijn nieuwe adres naar mijn werk – wat me zo’n 20 minuten reistijd scheelt – fijn. En qua kamer heb ik echt een huislijk gevoeletje nu. Allemaal wat kleinschaliger dan op de campus (uiteraard), mooie vloer, hoog plafond, sfeer. Alleen nog wat schuiven en wat meubeltjes opsnorren – dan komt het helemaal goed.
Klaar voor een nieuwe week dacht ik zo!